HEPATITIS
Hepatitis is een ontsteking van de lever die verschillende oorzaken kan hebben, zoals virussen, alcoholmisbruik, auto-immuunziekten of toxines.
Het veroorzaakt symptomen zoals geelzucht, vermoeidheid, buikpijn en misselijkheid.

Er zijn verschillende soorten hepatitis
- Hepatitis A, een acute infectie door besmet voedsel of water;
- Hepatitis B, vaak chronisch en overgedragen via lichaamsvloeistoffen;
- Hepatitis C, die voornamelijk via bloedcontact verspreidt;
- Hepatitis D, die alleen voorkomt bij mensen met Hepatitis B;
- Hepatitis E, meestal overgedragen door verontreinigd water.
OORZAKEN
- Overdracht: Fecaal-orale route (via besmet voedsel, water of slechte hygiëne).
- Vector: Geen vector; de overdracht is direct via consumptie van besmette voedingsmiddelen of contact met besmette personen.
- Overdracht: Bloed, seksueel contact, moeder-kind (perinatale overdracht), of naalden (bijv. drugsgebruik).
- Vector: Geen vector; de verspreiding is direct via lichaamsvloeistoffen.
- Overdracht: Bloedcontact (bijv. via besmette naalden, transfusies of medische procedures).
- Vector: Geen vector; verspreiding is rechtstreeks via bloed.
- Overdracht: Alleen mogelijk bij mensen die ook met HBV geïnfecteerd zijn (co-infectie).
- Vector: Geen vector; verspreiding via dezelfde routes als HBV.
- Overdracht: Fecaal-orale route (vooral via besmet water).
- Vector: Geen vector, hoewel dierlijke reservoirs zoals varkens en wild (bijv. herten) de infectie kunnen overdragen.
Hoewel bacteriële infecties minder vaak rechtstreeks hepatitis veroorzaken, kunnen bepaalde bacteriële infecties leiden tot leverontsteking, zoals:
Leptospirose is een infectieziekte die wordt veroorzaakt door bacteriën van het geslacht Leptospira. Het is een zoönotische aandoening, wat betekent dat de infectie van dieren op mensen kan worden overgedragen. De ziekte komt wereldwijd voor, maar is vooral een probleem in tropische en subtropische gebieden, waar de omstandigheden voor de verspreiding gunstig zijn.
Oorzaken
- De veroorzaker is de spiraalvormige bacterie Leptospira. Er zijn verschillende serotypen, waarvan sommige specifieke diersoorten als reservoir hebben.
- De bacteriën worden vaak via urine van besmette dieren in het milieu uitgescheiden en kunnen overleven in vochtige omgevingen, zoals stilstaand water, modder en vochtige grond.
Overdracht
- Mensen raken geïnfecteerd door direct of indirect contact met urine van besmette dieren (zoals ratten, vee, honden of wilde dieren).
- Typische besmettingsroutes:
- Contact met besmet water of grond (bijv. tijdens zwemmen of werken in geïnfecteerde gebieden).
- Via wondjes in de huid of via slijmvliezen (ogen, neus, mond).
- Consumptie van voedsel of water besmet met Leptospira.
- Contact met besmet water of grond (bijv. tijdens zwemmen of werken in geïnfecteerde gebieden).
Symptomen
Leptospirose kan variëren van een milde, griepachtige ziekte tot een ernstige, soms dodelijke aandoening. De symptomen treden meestal 2 tot 30 dagen na blootstelling op.
- Milde leptospirose:
- Koorts
- Spierpijn (vooral in de kuiten)
- Hoofdpijn
- Misselijkheid en braken
- Roodheid van de ogen (conjunctivale roodheid)
- Ernstige leptospirose (Ziekte van Weil):
- Dit is een ernstige vorm waarbij meerdere organen worden aangetast:
- Geelzucht (leverfalen)
- Nierfalen
- Bloedingen (bijv. in huid of slijmvliezen)
- Longproblemen (bloeding of ademnoodsyndroom)
- Meningitis of encefalitis (ontsteking van hersenen of hersenvliezen)
Diagnose
- Laboratoriumtests: De diagnose wordt bevestigd door het aantonen van Leptospira in bloed, urine of hersenvocht, of via serologische tests zoals de MAT (microscopische agglutinatietest).
- Klinische symptomen: In gebieden waar leptospirose endemisch is, wordt de diagnose vaak op basis van symptomen gesteld.
Behandeling
- Antibiotica: Vroege behandeling met antibiotica zoals doxycycline of penicilline kan de ernst en duur van de ziekte verminderen.
- Bij ernstige gevallen kan ziekenhuisopname nodig zijn voor:
- Intravenueuze antibiotica.
- Ondersteunende zorg (bijv. dialyse voor nierfalen of beademing bij longproblemen).
Preventie
- Vermijd contact met mogelijk besmet water of grond.
- Draag beschermende kleding, zoals laarzen en handschoenen, tijdens werkzaamheden in risicogebieden.
- Verbeter hygiënische omstandigheden, vooral om blootstelling aan urine van ratten en andere dieren te verminderen.
- Vaccinatie van dieren (bijv. honden en vee) in gebieden waar leptospirose endemisch is.
- Profylactisch gebruik van doxycycline kan worden overwogen bij reizen naar endemische gebieden of tijdens natuurrampen.
Heb je meer specifieke vragen over leptospirose? Bijvoorbeeld over de behandeling, diagnostiek of verspreiding in een bepaald gebied?
Auto-immuunhepatitis en toxische hepatitis worden veroorzaakt door respectievelijk immuunreacties of schadelijke stoffen.
Tijdige diagnose en behandeling zijn cruciaal voor levergezondheid.
OVERIGE INFORMATIE
Risicogebieden voor hepatitis
De risicogebieden verschillen per type hepatitis:
- Hepatitis A: Ontwikkelingslanden in Azië, Afrika, Zuid-Amerika en het Midden-Oosten waar slechte hygiëne en verontreinigd water veel voorkomen.
- Hepatitis B: Sub-Sahara Afrika, Zuidoost-Azië, delen van Zuid-Amerika en de Stille Oceaan, waar de ziekte endemisch is.
- Hepatitis C: Wereldwijd voorkomend, maar met hoge incidentie in delen van Egypte, Centraal-Azië en Oost-Europa.
- Hepatitis E: Voornamelijk in Zuid-Azië, Afrika en Mexico, geassocieerd met verontreinigd water.
Risicogroepen voor hepatitis
- Reizigers naar landen met een hoge prevalentie (vooral Hepatitis A en E).
- Gezondheidswerkers door blootstelling aan bloed (Hepatitis B en C).
- Injecterende druggebruikers door gedeeld gebruik van naalden (Hepatitis B en C).
- Baby’s van geïnfecteerde moeders (Hepatitis B).
- Seksueel actieve personen met meerdere partners zonder bescherming (Hepatitis B).
- Mensen met zwakke immuniteit of chronische leverziekten.
- Personen met slechte toegang tot schoon water en hygiëne (Hepatitis A en E).
Preventie via vaccinatie (voor A en B), hygiëne en veilige praktijken is essentieel.
Symptomen van hepatitis
De symptomen van hepatitis verschillen per type en ernst (acuut of chronisch), maar veelvoorkomende klachten zijn:
- Algemene symptomen:
- Vermoeidheid
- Koorts
- Misselijkheid en braken
- Verminderde eetlust
- Specifieke symptomen:
- Geelzucht (gele verkleuring van huid en ogen)
- Donkere urine
- Lichtgekleurde ontlasting
- Buikpijn, vooral in de rechterbovenbuik
- Spier- en gewrichtspijn
- Chronische hepatitis (vooral bij B en C):
- Asymptomatisch in vroege stadia
- Langdurige vermoeidheid
- Levercirrose of leverfalen in gevorderde stadia
Diagnose van hepatitis
De diagnose wordt gesteld met:
- Anamnese en lichamelijk onderzoek: Onderzoek naar symptomen, risicofactoren en tekenen zoals geelzucht.Laboratoriumtests:
- Bloedonderzoek:
- Leverfunctietesten (ALAT, ASAT) om leverontsteking te meten.
- Antistoffen en virale markers voor hepatitis A, B, C, D of E.
- PCR-test: Detecteert viraal DNA/RNA (vooral bij B en C).
- Beeldvorming: Echo of CT-scan om leverschade te evalueren.Leverbiopsie: Bij twijfel of voor beoordeling van de ernst (bij chronische gevallen).
Vroege detectie is cruciaal om complicaties zoals levercirrose en leverkanker te voorkomen.
Behandeling van hepatitis
De behandeling varieert afhankelijk van het type hepatitis en de ernst:
- Hepatitis A en E
- Acuut en zelflimiterend: Geen specifieke antivirale behandeling nodig.
- Ondersteunende zorg:
- Rust
- Hydratatie
- Pijnstillers (geen paracetamol bij leverproblemen).
- Hepatitis B
- Acute gevallen: Symptomatische behandeling.
- Chronische hepatitis B:
- Antivirale medicijnen zoals entecavir of tenofovir.
- Interferon-therapie om het immuunsysteem te versterken.
- Regelmatige controle om complicaties (levercirrose of leverkanker) op te sporen.
- Hepatitis C
- Direct werkende antivirale middelen (DAA’s): Genezingspercentages van >95%.
- Veelgebruikte medicijnen: sofosbuvir, ledipasvir, glecaprevir.
- Direct werkende antivirale middelen (DAA’s): Genezingspercentages van >95%.
- Hepatitis D
- Behandeling is moeilijk; interferon kan soms helpen bij chronische infecties.
- Auto-immuunhepatitis
- Immunosuppressiva zoals corticosteroïden en azathioprine.
Preventie tegen hepatitis
- Vaccinatie
- Hepatitis A: Aanbevolen voor reizigers naar risicogebieden.
- Hepatitis B: Vaccin is effectief en opgenomen in veel nationale vaccinatieprogramma’s.
- Hygiëne en voedselveiligheid
- Vermijd onveilig water en slecht gekookt voedsel (vooral bij hepatitis A en E).
- Handen regelmatig wassen.
- Veiligheidsmaatregelen
- Gebruik geen gedeelde naalden (Hepatitis B en C).
- Bescherm jezelf tijdens seksuele contacten (condoomgebruik).
- Goede sterilisatie van medische apparatuur.
- Screening en preventie van overdracht
- Screening van bloeddonaties.
- Zwangere vrouwen testen op hepatitis B om overdracht op de baby te voorkomen.
Vroege diagnose, behandeling en preventie zijn cruciaal om complicaties zoals levercirrose en leverkanker te voorkomen.